STEDEN

Mâcon :

Mâcon ligt op een halfuurtje rijden van Sigy-le-Châtel. Deze oorspronkelijk Keltische stad speelde vooral in de middeleeuwen een belangrijke rol als hoofdstad van een graafschap dat hoorde bij het hertogdom Bourgogne. De stad werd tijdens de Honderdjarige oorlog grotendeels verwoest. Ook tijdens de Franse revolutie kreeg de stad het hard te verduren. Gelukkig wisten de inwoners van Mâcon ook heel wat authentieke elementen te bewaren. Zo kan je nog steeds de restanten bekijken van de voormalige kathedraal Saint–Vincent, en kan je nog steeds een bezoek brengen aan Maison de Bois, een vakwerkhuis uit de Renaissance. Mâcon is ook de stad van de wijn. Elk jaar wordt er de jaarmarkt Foire Internationale des Vins de France gehouden. De bekende Franse dichter Alphonse de Lamartine werd geboren in Mâcon. Het Musée Lamartine dat aan hem gewijd is, is ook een bezoekje waard.

Cluny :

Ook Cluny ligt niet ver verwijderd van Sigy-le-Châtel. Deze stad is vooral bekend geworden vanwege de orde van Cluny, die in de Middeleeuwen een zeer grote invloed had op het religieuze, politieke en artistieke leven in West-Europa. Het benedictijnenklooster, de abdij van Cluny, werd gesticht in 910, en was het middelpunt van een machtige kloosterhervormingsbeweging. Tussen 1798 en 1823 werd de abdij grotendeels gesloopt. Van de kloosterkerk is alleen het transept met twee torens over. Het Musée d'Art et d'Archéologie is gevestigd in de voormalige abtswoning en heeft een collectie met overblijfselen van de abdij, waaronder sculpturen en architectonische elementen. In het oude centrum van Cluny staan enkele huizen in Romaanse stijl.

Chalon-sur-Saône :

Een andere bekende stad die het bezoeken waard is, is Chalon-sur-Saône. Deze stad die zo’n 3000 jaar geleden ontstond op de oevers van de Saône, speelde in de Oudheid een belangrijke rol als scheepsbasis. In de middeleeuwen werd de stad een handelscentrum, waar ieder jaar de befaamde ‘Foires’ werden georganiseerd. Die handelsfunctie zou Chalon-sur-Saône in de eeuwen die volgden behouden. En ook vandaag is de stad een belangrijk economisch en commercieel centrum, mede door de aanwezigheid van een aantal grote autowegen die de stad doorkruisen.

Brancion :

Een veel kleiner, maar daarom niet minder interessant stadje, is Brancion.  Dit middeleeuwse stadje op de top van een heuvel, is grotendeels authentiek gebleven. Je vindt er naast de ruïnes van een burcht ook een prachtig romaans kerkje. Vergeet niet ook eens in de verte te turen, je hebt hier een prachtig uitzicht. Voor een korte pauze kan je terecht in de plaatselijke ‘auberge’ waar je heerlijke zoetigheden kan proeven.

Saint-Gengoux-le-National :

Een ander klein stadje, is Saint-Gengoux-le-National. Ook dit stadje is al zeer oud, en herbergt een aantal mooie bouwwerken. Het bijzondere kerkje trekt de aandacht door de houten verbinding tussen de twee torentjes. Dit bouwwerk uit de 12^de eeuw werd door de benedictijnen van Cluny gemaakt. Sinds augustus 2004 behoort het tot de Fédération des Sites Clunisiens, die het bouwwerk moet beschermen. Ook de authentieke ‘lavoir’ of oude wasplaats uit de 19^de eeuw is het bekijken waard. Verder kan je flaneren door de smalle straatjes en genieten van allerlei culinaire verwennerijen in de pizzeria’s en restaurants.

NATUUR

Wijngaarden :

Wie aan de Bourgogne denkt, denkt automatisch ook aan de lekkere wijnen die er geproduceerd worden. Op de heuvels langs de rechteroever van de Sâone, van Tournus tot iets ten zuiden van Mâcon strekt zich het grootste wijngebied uit van de Bourgogne. De druivensoort ‘Chardonnay’ gedijt uitstekend in deze gronden en produceert prachtige droge, fruitige witte wijnen. Sommige dorpen, voornamelijk in het Zuiden van het gebied, hebben vanwege de aard van de grond en hun ligging recht op een eigen appellation (Pouilly-Fuissé, Pouilly-Vinzelles, Saint-Véran …). Ook de Macon Villages zijn zeer gekend. Deze witte wijnen zijn afkomstig uit één van de 43 dorpen die aanspraak maken op een hogere kwaliteit. De rode Mâcon-wijnen worden voornamelijk bereid uit de druivensoort Gamay, net als in de aangrenzende Beaujolais. Ze worden jong gedronken en zijn kruidig van smaak met aroma’s van rood fruit.

Dankzij de talloze wegen en paadjes die doorheen de wijngaarden slingeren, is het mogelijk om prachtige wandelingen en fietstochten te maken in deze betoverende omgeving.

Solutré Rots :

Heel wat van de wijnen die hierboven beschreven staan, ontstaan op de flanken van de Solutré, een gigantische rots die hoog boven het landschap uitsteekt. Deze geklasseerde site herbergde een rijke verzameling van overblijfselen uit het Paleolithicum (20000 – 16000 voor Christus). Vele van die overblijfselen worden vandaag tentoongesteld in het Musée départemental de Préhistoire in Solutré – Pouilly. Een wandeling naar de top van de Solutré duurt een halfuurtje.

Mont-Saint-Vincent :

Als je graag in de verte kijkt, is niet alleen de Solutré rots een aantrekkelijke wandelbestemming, maar ook Mont-Saint-Vincent. Op de top geniet je van een panoramisch uitzicht van 360°. Bij goed weer krijg je zelfs een prachtig beeld van het Centraal Massief en het Jura. Het dorpje zelf is ook het bezoeken waard. Wandel door de smalle straatjes, bezoek het minimuseum en drink of eet iets in de plaatselijke café-restaurants. Je snuift er de sfeer op van lang vervlogen tijden.

ANDERE BEZIENSWAARDIGHEDEN

Kasteelruïnes van Sigy-le-Châtel :

Kastelen vind je in alle soorten in Bourgogne. Deze kasteelruïne bevindt zich in Sigy-le-Châtel, en dateert uit de 11^e eeuw. Het is een mooi voorbeeld van een versterkte feodale burcht uit de middeleeuwen. Leuk om te weten; de kasteelruïnes zijn te bezichtigen vanuit de gîte.

Kasteel van Cormatin :

Heb je het toch meer begrepen op de sprookjesachtige kastelen, dan is Cormatin misschien meer jouw ding. Het kasteel van Cormatin is gebouwd tussen 1605 en 1616 vlak na de godsdienstoorlogen, door de gouverneur van Chalon, Antoine du Blé d’Huxelles. De architectuur is sober en strak, wat kenmerkend is voor die periode. Het kasteel had oorspronkelijk drie vleugels, die haaks op elkaar stonden. De zuidelijke vleugel is echter ingestort rond 1815, toen men er een weverij in wilde onderbrengen. De brede grachten en de indrukwekkende hoekpaviljoenen met uitkijktorentjes en kanongaten getuigen nog van de verdedigingsfunctie, net als de resten van de vestingmuur die het voorplein afsloot en eind 17^de eeuw is verwoest. Het kasteel is toegankelijk voor het publiek. Naast het monumentale trappenhuis, kan men er ook talrijke prachtig versierde kamers en slaapkamers bezichtigen. Vooral het tapijtwerk en de schilderijen maken het geheel af. Ook de tuin van het kasteel is een bezoekje waard. Loop echter niet verloren in het waanzinnige doolhof!

Romaanse Kerken:

De Bourgogne staat niet alleen bekend voor zijn fantastische wijnen, maar misschien ook wel een beetje voor zijn romaanse kerken en kapellen. Overal in het landschap duiken ze op. De meeste ontstonden in de vroege middeleeuwen onder invloed van de hervormingsbeweging van Cluny. Ze zijn te herkennen aan het strakke, vaak logge uitzicht dat ze hebben. Ook de dikke muren, de kleine ramen en de rondbogen zijn typische kenmerken van de romaanse bouwkunst. De rechtse foto toont je een beeld van het romaanse kerkje van Sigy-le-Châtel. Ook dit is te bezichtigen vanuit de gîte, en is ’s avonds prachtig verlicht.  

Artisanale Markten / Rommelmarkten  :

Een vakantie is maar geslaagd wanneer men heeft kunnen genieten van alle geneugten die een streek te bieden heeft. Op de talloze artisanale markten die georganiseerd worden in de buurt van Sigy-le-Châtel kan men niet alleen de plaatselijke wijn degusteren, verse geitenkaas kopen of genieten van de zoetste honing, men kan er ook prachtige handgemaakte spullen kopen. Vergeet ook niet een bezoekje te brengen aan één van de vide grenier of marchés aux puces, de befaamde vlooienmarkten.  

Er is veel te zien en te doen …